4 juni 2023

“Bid voor elkaar…” – Jakobus 5:16

Volgens de definities van de heilige Kerkvaders is gebed de meest directe manier om met God te communiceren, om een gesprek te hebben met Hem.

Zoals voedsel voeding is voor het lichaam, zo is bidden voeding voor de ziel. Hijzelf, onze Heer Jezus Christus, de Aannemer van alle smeekbeden, heeft als voorbeeld en aansporing voor ons de hele nacht vele malen tot God gebeden en ons bevolen om hetzelfde te doen. “Blijf wakker en bid elk uur” (Mattheus 26:41). Onder de gebeden is er geen groter gebed dan “Onze Vader”, dat onze Heer Jezus Christus ons heeft geleerd en hetgeen dat elke christen moet kennen…

De heilige vaders van de Kerk leren ons dat het bij het bidden noodzakelijk is om eerst God te danken voor al het goede die gegeven zijn en daarna om de toekomst te vragen. Dit is de ware manier van bidden. Volgens S. Hovhan Voskeberani zouden we God moeten danken, zelfs als we niet hebben gekregen waar we om vroegen, omdat Hij beter weet wat we nodig hebben en dat het soms beter is om hetgeen niet te krijgen. Dit is de ware manier van bidden. En nogmaals, als we bidden, moeten we vragen dat Gods wil in ons mag geschieden en niet de onze.

De kracht van gebed is groot, maar als we alleen voor onszelf bidden, zijn we egoïstisch en meedogenloos, dus het is noodzakelijk om ook voor anderen te bidden. Het nut van laatstgenoemde wordt aangetoond door de volgende woorden van de apostel S. Jakobus: “Bid voor elkaar om genezen te worden, want het gebed van de rechtvaardigen is zeer doeltreffend en helpt” (Jakobus 5:16). De brieven van de apostel Paulus staan ​​vol met boodschappen om voor elkaar te bidden.“…Ik houd niet op voor u te danken, terwijl ik u gedenk in mijn gebeden” (Efeziërs 1:15, 16), ook “Ik bid met vurigheid voor u allen” (Filemon 1:4), ook “in mijn gebeden dag en nacht denk ik altijd aan je” (2 Timotheüs  1:3). Als de apostel Paulus de gebeden van zijn discipelen nodig had, hoeveel te meer hebben wij dan nodig om voor elkaar te bidden.

We moeten ook bidden voor de helderheid van ons christelijk geloof, de stabiliteit van de kerk, de vrede van de natie en de hele wereld, de bekering en berouw van zondaars, wat we doen tijdens elke liturgie en dagelijkse diensten. Daarom is gebed voor anderen erg belangrijk en van belang. Iemand die voor zijn naasten bidt, voelt ook de kracht van zijn gebed, omdat hij een soortgelijk geestelijk voordeel ontvangt door Gods genade en vergeving. De gebeden die hij voor anderen doet, keren in zekere zin naar hem terug, omdat een persoon niet voor een ander kan bidden als hij geen mededogen, menselijkheid en medeleven voor zijn naaste in zijn hart heeft. Gebed voor een ander is een soort geestelijke genade, niet minder belangrijk dan materiële genade.

Door werkelijk te bidden voor mensen zoals wij, worden onze zielen geheiligd en veredeld, opgelucht en vredig, want “Gebed is liefde, toewijding aan onze hemelse Vader en zijn aardse zonen, die onze broeders zijn”, zegt Catholicos van gezegende nagedachtenis Garegin Hovsepyan. Laten we dus bidden tot God, vragen om vergeving van zonden, genezing van zielen en lichamen, ware bekering en berouw, niet alleen voor onze personen, maar ook voor iedereen. Laten we bidden voor zowel kennissen als vreemden, en zoals Fjodor Dostojevski, een van de hoofdpersonen in het beroemde werk zegt: “Laten we in onze gebeden degenen gedenken die niemand hebben om voor hen te bidden, ook degenen die niet willen bidden…  Ja, laten we voor zulke mensen bidden, zodat op een dag, door de genade van de Heer, ook zij vurige gebeden zullen hebben, die God de vruchten van hun gebeden aanbieden: liefde, bezorgdheid, vrede, nederigheid, broederlijke liefde, barmhartigheid, geduld…”.

Evangelie: Lucas 4:25-30

25Maar ik zeg het jullie zoals het is: in de tijd van Elia, toen de hemel drie jaar en zes maanden lang gesloten bleef en er in het land een grote hongersnood uitbrak, waren er veel weduwen in Israël. 26Toch werd Elia niet naar een van hen gezonden, maar naar een weduwe in Sarepta bij Sidon. 27En in de tijd van de profeet Elisa waren er veel mensen in Israël die leden aan huidvraat. Toch werd niemand van hen gereinigd, maar wel de Syriër Naäman.’ 28Toen de aanwezigen in de synagoge dit hoorden, ontstaken ze in grote woede. 29Ze sprongen op en dreven hem de stad uit, naar de rand van de berg waarop hun stad gebouwd was, om hem in de afgrond te storten. 30Maar hij liep midden tussen hen door en vertrok.

 

 

 

11 juni 2023

Vandaag is de feestdag van Heilige Etchmiadzin. Op deze dag werden de fundamenten van onze kerk gelegd. Op deze dag werden onze zielen met licht vervuld. Heilige Gregorius de Verlichter zag de Kerk herrijzen in een visioen, de getuige van ons eeuwenoude geloof, en ons geloof in de Heer werd ook opgebouwd.

De traditie van de oprichting van Heilige Etchmiadzin vertelt ons het volgende: na vrijlating uit de gevangenis van Khor Virap, zag Heilige Gregorius de Verlichter een opmerkelijk visioen. In het visioen van de Verlichter gaat de lucht open en daalt de eniggeboren Zoon van God neer op de stad Vagharshapat, vergezeld van zijn lichtkrachten, slaat de mehyan met een hamer en verplettert deze op de grond. Dan ziet de heilige een bewolkte en lichte tempel, gebouwd met zuilen en bogen, op de plaats van de voormalige mehyan staan. Als gevolg hiervan wordt de afgoderij onder Armeniërs uiteindelijk uitgewist en in plaats daarvan worden de Armeense Apostolische Heilige Kerk en het patriarchale gezag van de Kerk gevestigd, dat het geloof belichaamt dat gevormd is door apostolische prediking in Armenië gedurende drie eeuwen.

Christus had de plaats aangeduid waar de tempel zou worden gebouwd, en hier kwam de naam “Echmiadzin” vandaan, dat wil zeggen, de eniggeboren is neergedaald.

Heilige Gregorius de Verlichter vertelt zijn visioen aan de Armeense koning Trdat. Onder de bescherming van de koning wordt de kathedraal van Heilige Echmiadzin gebouwd, gewijd aan Moeder van God. De Heilige Tafel van de Nederdaling wordt ook gebouwd op de plaats van de nederdaling van Christus. Koning Trdat en koningin Ashkhen namen ook deel aan de bouw van Etchmiadzin samen met de mensen.

Tegenwoordig herbergt de Etchmiadzin moederkathedraal de belangrijkste relikwieën van de Armeense Apostolische Kerk: Heilige Geghard, de rechterhand van de apostel Thaddeus, het heilige teken van Getargeli, relikwieën uit de ark van Noach en de levensboom, de relikwieën van Hovhannes Karapet , de apostelen Petrus en Andreas, de relikwieën van evangelisten Mattheus en Marcus, Heilige Hripsime en Heilige Gayane, de rechter hand van Heilige Hakob Mtsbna de patriarch, de rechterhand van Heilige Aristakes I Parthev, de relikwieën van Heilige Gevorg Zoravar, Heilige Nicholas de Wonderdoener en andere relikwieën.

De kathedraal van Etchmiadzin is ook een overblijfsel dat is toevertrouwd aan de bescherming van generaties. Het is met de bescherming van de Moederkerk dat wij ons geloof zullen behouden. Het is immers niet zomaar een gebouw, een structuur, maar de getuigenis van ons geloof, dat een eeuwenoude geschiedenis en onpeilbare kracht heeft.

Evangelie: Mattheüs 14:27-36

27Meteen sprak Jezus hen aan: ‘Blijf kalm! Ik ben het, wees niet bang!’ 28Petrus antwoordde: ‘Heer, als u het bent, zeg me dan dat ik over het water naar u toe moet komen.’ 29Hij zei: ‘Kom!’ Petrus stapte uit de boot en liep over het water naar Jezus toe. 30Maar toen hij voelde hoe sterk de wind was, werd hij bang. Hij begon te zinken en schreeuwde het uit: ‘Heer, red me!’ 31Meteen strekte Jezus zijn hand uit, hij greep hem vast en zei: ‘Kleingelovige, waarom heb je getwijfeld?’ 32Toen ze in de boot stapten, ging de wind liggen. 33In de boot bogen de anderen zich voor hem neer en zeiden: ‘U bent werkelijk Gods Zoon!’

34Toen ze overgestoken waren, gingen ze aan land bij Gennesaret. 35De mensen daar herkenden hem en maakten zijn komst overal in de omgeving bekend, en men bracht allen die ziek waren bij hem. 36

Die smeekten hem alleen maar de zoom van zijn kleed te mogen aanraken. En iedereen die dat deed werd genezen en was volkomen gezond.

 

 

 

18 juni 2023

‘‘Ik zeg u echter dat hier Iemand is Die meer is dan de tempel.’’ – Mattheüs 12:6

Christus werd steeds bekender onder de mensen, waardoor velen uit verre plaatsen reisden om naar Hem te luisteren, getroost te worden en door Zijn preken  geestelijk versterkt te worden. Hij kreeg zo nog meer volgers, maar de farizeeën konden Zijn populariteit niet waarderen en werden jaloers.

Door Jezus te volgen zagen ze dat Zijn woorden, door overtuigende kracht en sterke autoriteit, grote invloed hadden op Zijn luisteraars, want Hij preekte niet alleen maar verrichtte ook wonderen en zat met zondaars en zieken aan tafel. Dit was voor de joden ongepast en onrespectvol gedrag naar de gewoontes die ingesteld waren door joodse geleerden. De farizeeën durfden Jezus echter niet aan te spreken op wat volgens hen de overtredingen van Jezus waren, maar vertelden dit aan Zijn leerlingen. Er is echter een moment waarop de farizeeën Jezus wel direct aanspreken.

De leerlingen van Jezus hadden de wet volgens de farizeeën overtreden maar Jezus hield hen niet tegen of verbood ze niet om de overtreding te begaan, maar rechtvaardigde Zijn leerlingen. Als ze Hem verwijten accepteert Hij dat niet en geeft twee voorbeelden uit de Joodse geschiedenis.

  • Hij stelde een vraag aan de farizeeën: ‘‘Hebt u niet gelezen wat David deed, toen Hij en zijn metgezellen honger kregen? Hoe hij het huis van God binnenging en hoe ze de offerbroden aten, die hij niet mocht eten en ook zijn metgezellen niet, maar alleen de priesters?’’ (Mattheüs 12:3-4)
  • Hij herinnerde hen de situatie van de priester, die op sabbat de wet overtreden, door brood te bakken en de offerdieren te slachten, maar toch onschuldig zijn, want ze moeten deze handelingen verrichten op de sabbat. (Zie Mattheüs 12:5).

Jezus sluit Zijn woord af en concludeert: David negeerde de wet door zijn honger maar werd gerechtvaardigd. De priesters werden ook gerechtvaardigd. Dus waarom zijn Mijn leerlingen, die aren plukken en eten zodat ze op kracht komen en Mij dienen minderwaardig? Hier staat namelijk Iemand Die groter is dan de tempel.

Tweeduizend jaren geleden was de wet dusdanig gematerialiseerd dat het een last was op de schouders van de mensen. Het was zelfs tot zo ver gekomen,  dat de mensen de wet aanbeden in plaats van God. Zie hier een van de doelen van de komst van Jezus op aarde. Wanneer Hij zegt: ‘Hier is Iemand Die groter is dan de tempel,’ wil Hij Zijn goddelijke aanwezigheid benadrukken. Op deze manier toont Hij dat de waarde van de mens hoger is dan de tempel. De mens krijgt waarde door de aanwezigheid van God, want de wetten worden ingesteld voor het gebruik door de mens en niet als doel dat de mens gegijzeld wordt door de wet. We weten allemaal dat de wet een middel is voor de mens en niet het doel, want de wet alleen is niet voldoende. Door de genade van God zijn wij de kinderen van God en niet dienaren van de wet.

In de christelijke leer wordt de gedachte een dat je een kind van God bent, want apostel Paulus herinnert ons: We zijn geen slaven maar zonen (Zie Romeinen 8:15-17). Een slaaf of dienaar en een zoon zijn twee verschillende dingen. Een zoon is de erfgenaam van God (Zie Romeinen 8:15-17). Wanneer wij in het heilige Doopvont worden gedoopt, worden we opnieuw geboren als erfgenamen van Christus.

Met dit duidelijke doel, om de kinderen van God te zijn, is iedere dag voor ons een nieuw begin en geen einde. Iedere dag is een mogelijkheid om Gods genade te zien en te accepteren. We kunnen alleen de verlichte kinderen van God zijn en Zijn erfgenamen worden als we het eeuwige leven als leer van het christendom accepteren, als we geloven in Jezus en als in dit leven te leven zoals de kinderen van God. Daarom werd Christus een Mens, zodat Hij ons van onze zonden reinigt en ons waardig maakt voor het eeuwige leven.

Evangelie: Mattheüs 12:1-8

Jezus en de sabbat

121In die tijd liep Jezus op een sabbat door de korenvelden. Zijn leerlingen hadden honger en begonnen aren te plukken en ervan te eten. Toen de farizeeën dat zagen, zeiden ze tegen hem: ‘Kijk, uw leerlingen doen iets dat op sabbat niet mag.’ 3Hij antwoordde: ‘Hebt u niet gelezen wat David deed toen hij en zijn metgezellen honger hadden, 4hoe hij het huis van God binnenging en er met hen van de toonbroden at, terwijl noch hij noch zijn mannen daarvan mochten eten, alleen de priesters? 5En hebt u niet in de wet gelezen dat de priesters die op sabbat in de tempel dienstdoen en zo de sabbat ontwijden, onschuldig zijn? 6Ik zeg u: hier gaat het om meer dan de tempel! 7Als u begrepen had wat bedoeld wordt met: “Barmhartigheid wil ik, geen offers,” dan zou u geen onschuldigen hebben veroordeeld. 8Want de Mensenzoon is heer en meester over de sabbat.’

 

 

 

25 juni 2023

“Maar wij weten dat voor wie God liefhebben, voor wie volgens zijn voornemen geroepen zijn, alles bijdraagt aan het goede.” – Romeinen 8:28

Er zijn mensen onder ons die zich in moeilijke momenten van verdriet en lijden beginnen af ​​te vragen wat Gods macht is en op zoek gaan naar een teken. Door hun lijden zeggen ze: “O God, als u bestaat, waarom zwijgt u dan? Waarom staat u onverschillig tegenover deze beledigingen die ik heb ondergaan?”

God openbaart zijn macht nooit met tekenen en wonderen. God toont geen tekenen en verricht geen wonderen om Zijn gerechtigheid en aanwezigheid te bewijzen. De kracht van God wordt bewezen door de harmonieuze en geordende wetten van het universum. “De lucht vertelt de glorie van God.” Jezus bewees dit door Zijn goddelijke stilzwijgen toen de Joden om een ​​teken uit de hemel vroegen. Jezus antwoordde hun. “Een slecht en overspelig volk vraagt ​​om een ​​teken, maar ze zullen geen teken krijgen.”

Daarom moeten we, net als de joden, niet denken dat goddelijke macht zich manifesteert door wonderen. De leer van het kruis bevat alle hemelse liefde en geeft aan dat alle mensen gelijk zijn voor God. Ze zijn allemaal gemaakt van hetzelfde deeg, er zijn geen mensen “gemaakt” van ander materiaal. Goddelijke wijsheid en goddelijke kracht is de leer van “de gekruisigde Christus”. Laten we onthouden wat de apostel Paulus placht te zeggen. “En omdat de Joden om een ​​teken vragen en de heidenen naar wijsheid zoeken, prediken wij de gekruisigde Christus”, die alleen lof, eer en aanbidding verdient. Amen.

Evangelie: Mattheüs 12:38-45

38Daarop reageerden enkele schriftgeleerden en farizeeën met een vraag: ‘Meester, we zouden graag een teken van u zien.’ 39Hij antwoordde: ‘Dit is een verdorven en trouweloze generatie. Ze verlangt een teken, maar zal geen ander teken krijgen dan dat van de profeet Jona. 40Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van een grote vis zat, zo zal de Mensenzoon drie dagen en drie nachten in het binnenste van de aarde verblijven. 41Op de dag van het oordeel zullen de Ninevieten samen met deze generatie opstaan en haar veroordelen; want zij hadden zich bekeerd na de prediking van Jona, en hier ziet u iemand die meer is dan Jona! 42Op de dag van het oordeel zal de koningin van het Zuiden samen met deze generatie opstaan en haar veroordelen; want zij was van het uiteinde van de aarde gekomen om te luisteren naar de wijsheid van Salomo, en hier ziet u iemand die meer is dan Salomo!

43Wanneer een onreine geest iemand verlaat, trekt hij door dorre oorden op zoek naar een rustplaats. Maar als hij die niet vindt, 44zegt hij: “Ik zal terugkeren naar mijn huis, dat ik verlaten heb.” En wanneer hij terugkeert, merkt hij dat het leegstaat, schoongemaakt is en op orde gebracht. 45Dan gaat hij weg en haalt er zeven andere demonen bij, die slechter zijn dan hijzelf, en zij allen nemen daar blijvend hun intrek. En zo is de mens bij wie de demon intrekt er ten slotte veel slechter aan toe dan voorheen. Zo zal het ook gaan met deze verdorven generatie.’